словарь польский - нидерландский

język polski - Nederlands, Vlaams

rzucać на голландском языке:

1. gooien gooien


met de deur gooien
Het was niet zo erg snugger van je om dat briefje weg te gooien.
Mijn vrouw heeft me opgedragen deze oude hoed weg te gooien.

Нидерландский слово "rzucać«(gooien) встречается в наборах:

500 czasowników po niderlandzku 251 - 300
Zo houden we de buurt veilig.
back on the track
Is dat wel veilig
wyrazenia ogolne 6

2. werpen werpen


Geen stenen werpen.

Нидерландский слово "rzucać«(werpen) встречается в наборах:

Onregematige werkwoorden
czasowniki neregularne
czasowniki pl - nd