→ Pronomen (kill Me) → Начать обучение / Скачать MP3 карточки

скачать mp3 Печать играть Проверьте себя

Вопрос		Ответ
persoonlijk voornaamwoord - het personaal pronomen начать обучение		zaimek osobowy -
bezittelijk voornaamwoord - het possessief pronomen начать обучение		zaimek dzierżawczy
aanwijzend voornaamwoord - het demonstratief pronomen начать обучение		zaimek wskazujący
vraagende voornaamwoord начать обучение		zaimek pytający
onbepaald voornaamwoord начать обучение		zaimek nieokreślony
wederkerend voornaamwoord - het reflexief pronomen начать обучение		Zaimek zwrotny -
wederkerig voornaamwoord начать обучение		zaimek wzajemny
betrekkelijk voornaamwoord - het relatief pronomen начать обучение		zaimek względny
diverse начать обучение		różne
gij = je начать обучение		Ty
zichzelf bedoelende начать обучение		mając na myśli samego siebie
hier zijn mijn boeken waar zijn de jouwe начать обучение		Oto moje książki, gdzie są twoje
welke bedoel je начать обучение		które masz na myśli
ze drinkt wat ze wil начать обучение		ona pije, co lubi
hij doet het zelf начать обучение		on to sam zrobi
onderwerp начать обучение		podmiot
voorwerp начать обучение		dopełnienie
voorzetsel начать обучение		przyimek
gesproken taal начать обучение		język mówiony
aangesproken persoon начать обучение		adresat
bijbehorende начать обучение		związany
hem - die начать обучение		go - na początku zdania
het - dat начать обучение		na początku zdania w het-woorden
predikaat начать обучение		orzeczenie
wie zijn daar? we zijn het начать обучение		Kto tam jest? my
ze - die начать обучение		ze na początku zdania zmienia sie w
direct object -lijden voorwerp начать обучение		dopełnienie bliższe
indirect object - meewerkend voorwerp начать обучение		dopełnienie dalsze
zich schamen начать обучение		wstydzić się
zich vergissen начать обучение		błądzić
elkaar - de een... de ander - mekaar начать обучение		each other
genitief начать обучение		dopełniacz
bezit начать обучение		posiadanie
menigeen начать обучение		dużo (ludzi)
welke auto nemen we? de mijne of de uwe? начать обучение		które auto bierzemy? moje czy twoje?
diens = van die начать обучение		jego oficjanie
wiens = van wie начать обучение		czyja
dit is Anna d'r kamer начать обучение		to pokój anny
wie z'n auto is dit? начать обучение		czyj to samochod?
is de kamer nog vrij? ja die is nog vrij начать обучение		pokój jest wciąż wolny Tak, jest jeszcze wolny
zinsdeel начать обучение		wyrażenie
dergelijk, dusdanig, zodanig, начать обучение		taki
soortgelijk начать обучение		podobny
degenen, diegene начать обучение		ci którzy
kan je dit boek? hieruit leer je veel. начать обучение		znasz tą książkę? dużo sie z niej nauczysz
wil je op deze stoel zitten of op die? начать обучение		chcesz usiąść na tym krześle czy na tym?
sedert начать обучение		ponieważ
jegens начать обучение		przeciwko
de fiets die is van mij начать обучение		rower, który jst mój
antecedent начать обучение		poprzednik
zij, die altijd op tijd is начать обучение		ona, która jest zawsze na czas
het huis dat daar staat is mooi начать обучение		dom, który stoi tam jest piękny
de stoel waarop ik zit is modern начать обучение		krzesło, na którym siedzę jest nowoczesny

pronomen (kill me)

Вы должны войти в свой аккаунт чтобы написать комментарий.

Ещё