→ Lekcja 9-10 → Начать обучение / Скачать MP3 карточки

Вопрос		Ответ
aktor начать обучение		de acteur de(m), pl. acteurs
aktorka начать обучение		de actrice de(v), pl. actrices
praca Jako wykonywana czynność начать обучение		de arbeid de(m)
lekarz начать обучение		de arts de(m), pl. artsen
asystentka начать обучение		de assistente de(v), pl. assistenten/assistents
(po)prowadzić samochód начать обучение		autorijden reed auto, reden auto, (h) autogereden
sprzedawca samochodów начать обучение		de autoverkoper de(m), pl. autoverkopers
posada w znaczeniu potocznym начать обучение		de baan de(m/v), pl. banen
szef, szefowa начать обучение		de baas de(m), pl. bazen
opiekować się dzieckiem начать обучение		babysitten babysitte, babysitten, (h) gebabysit
opiekun/opiekunka do dziecka начать обучение		de babysitter de(m), pl babysitters
firma начать обучение		het bedrijf het, pl. bedrijven
(po)kierować, (po)prowadzić pojazd lub organizacje начать обучение		besturen bestuurde, bestuurden, (h) bestuurd
mówić komuś po imieniu начать обучение		bij de voornaam noemen noemde, noemden, (h) genoemd
spotkanie, zebranie начать обучение		de bijeenkomst de(v), pl bijeenkomsten
(u)gryźć начать обучение		bijten beet, beten, (h) gebeten
dorabiać Mieć dodatkową prace начать обучение		bijverdienen verdiende bij, verdienden bij, (h) bijverdiend
szczególny, szczególnie, wyjątkowy, wyjątkowo начать обучение		bijzonder
wewnątrz, w środku начать обучение		binnen
wchodzić do środka начать обучение		binnenkomen kwam binnen, kwamen binnen, (z) binnengekomen
zostawać, zostać начать обучение		blijven bleef, bleven, (h) gebleven
pisać bezwzrokowo na klawiaturze начать обучение		blind typen typte, typten, (h) getypt
(z)budować начать обучение		bouwen bouwde, bouwden, (h)gebouwd
budowlaniec начать обучение		de bouwvakker de(m), pl. bouwvakkers
ponadto, poza tym начать обучение		bovendien
list, pismo начать обучение		de brief de(m), pl brieven
burmistrz начать обучение		de burgemeester de(m)
centrum telefoniczne начать обучение		het call center het, pl. callcenters
język chiński начать обучение		het Chinees
program komputerowy начать обучение		het computer programma het, pl. computer programma's
znajomość komputera начать обучение		de computer vaardighaden
konsensus начать обучение		de consensus de(m)
(s)korygować, poprawić, poprawiać начать обучение		corrigeren corrigeerde, corrigeerden, (h) gecorrigeerd
kreatywny, twórczy, kratywnie, twórczo начать обучение		creatief
kurs начать обучение		de cursus de(m), pl, cursussen
przy tym начать обучение		daarbij
dzienna zmiana начать обучение		de dagdienst de(m), pl. dagdiensten
poranna zmiana начать обучение		de dagploeg de(m/v), pl dagploegen
rosa начать обучение		de dauw de (m)
praca w niepełnym wymiarze godzin начать обучение		de deeltijdbaan de(m/v), pl. deeltijdbanen
gruby начать обучение		dik
rzecz, przedmiot, sprawa начать обучение		het ding het, pl. dingen
dyrektor przedsiębiorstwa, szkoły начать обучение		de directeur de(m), pl. directeurs/directeuren
dyrektorka szkoły начать обучение		de directrice de(v), pl directrices
uczyć, nauczać начать обучение		doceren doceerde, doceerden, (h) gedoceerd
dokument начать обучение		het document het, pl. documenten
Zachowuj się zwyczajnie, to w zupełności wystarczy начать обучение		Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg!
lekarz начать обучение		de dokter de(m), pl dokters
spędzać, spędzić начать обучение		doorbrengen bracht door, brachten door, (h) doorgebracht
wyraźny, wyraźnie начать обучение		duidelijk
gołąb начать обучение		de duif de(m/v), pl duiven
nurkować начать обучение		duiken dook, doken, (h/z) gedoken
edukacja, kształcenie начать обучение		de educatie de(v), pl. educaties
rozróżniać начать обучение		een onderscheid maken maakte, maakten, (h)gemaakt
pierwszy, najpierw, na począku начать обучение		eerst
koniec, (za)kończenie начать обучение		het einde het, pl. einden/eindes
elektryk начать обучение		de elektricien de(m), pl. elektriciens
uścisnąć sobie ręce начать обучение		elkaar de hand schudden schudde, schudden, (h) geschud
emocjonalny, emocjonalnie начать обучение		emotioneel
naprawde, strasznie, bardzo начать обучение		erg
poważny, poważnie начать обучение		ernstig
doświadczony начать обучение		ervaren
doświadcznie, doznanie np. zawodowe начать обучение		de ervaring de(v) pl. ervaringen
egzotyczny, egzotycznie начать обучение		exotisch
ekstrawagancja начать обучение		de extravagantie de(m), pl. extravaganties
Miłej podróży начать обучение		Fijne reis
formularz начать обучение		het formulier het, pl formulieren
fotograf начать обучение		de fotograaf de(m), pl... fotografen
funkcja, stanowisko, posada начать обучение		de functie de(v), pl functies
drogi, szanowny начать обучение		geacht
szczęście начать обучение		het geluk
zmotywowany начать обучение		gemotiveerd
danie, potrawa начать обучение		het gerecht het, pl. gerechten
poszukiwany начать обучение		gezocht
uśmiechać się начать обучение		glimlachen glimachte, glimachten, (h) geglimacht
szary, siwy начать обучение		grijs
sprzedawca warzyw начать обучение		de groenteman de(m), pl. groentemannen
sprzedawczyni warzyw начать обучение		de groentevrouw de(v), pl. groentevrouwen
gruz начать обучение		het gruis
mentalność biznesowa, w biznesie начать обучение		de handelsmentaliteit de(v)
całkowicie, zupełnie, kompletnie начать обучение		helemaal
pomagać, pomóc начать обучение		helpen hielp, hielpen, (h)geholpen
mieć dużo pracy, być zajętym начать обучение		het druk hebben had, hadden, (h) gehad
hierarchia начать обучение		de hiërarchie de(v), pl hiëarchieën
płakać начать обучение		huilen huilde, huilden, (h) gehuild
malarz pokojowy начать обучение		de huisschilder de(m), pl. huisschilders
pilny, pilnie начать обучение		ijverig
pracować na zmiany начать обучение		in ploegdienst werken werkte, werkten, (h) gewerkt
informatyk начать обучение		de informaticus de(m), pl. informatici
instrument начать обучение		het instrument het, pl. instrumenten
wpisywać, wpisać, wprowadzać do komputera начать обучение		intypen typte in, typten in, (h) ingetypt
wypełniać, wypełnić начать обучение		invullen vulde in, vulden in, (h)ingevuld
(tak) oczywiście начать обучение		jazeker
robota potocznie начать обучение		de job de(m), pl jobs
cecha charakteru начать обучение		de karaktertrek de(m), pl. karaktertrekke
kawka начать обучение		de kauw de(m/v), pl. kauwen
raz начать обучение		de keer de(m).pl. keren (deze keer - tym razem)
znać начать обучение		kennen kende, kenden, (h) gekend
gra/zabawa dzieci начать обучение		het kinderspel het, pl. kinderspellen/kinderspelen
kurczak начать обучение		de kip de(m), pl. kippen
przygotowywać, szykować, przyrządzić начать обучение		klaarmaken maakte klaar, maakten klaar, (h)klaar gemaakt
kucharz начать обучение		de kok de(m), pl. koks
kucharka начать обучение		de kokkin de(v), pl. kokkinnen
dostawać, otrzymywać, dostać начать обучение		krijgen kreeg, kregen, (h) gekregen
czupryna начать обучение		de kuif de(m/v), pl. kuiven
kwalifikacje начать обучение		de kwalificaties
niski, nisko начать обучение		laag
ostatni, ostatnio, niedawno начать обучение		laatste
uciążliwy, uciążliwie начать обучение		lastig
uczeń начать обучение		de leerling de(m), pl. leerlingen
menager, kierownik начать обучение		de leidinggevende de(m), pl. leidinggevenden
hydraulik начать обучение		de loodgieter de(m), pl loodgieters
leniwy, leniwie начать обучение		lui
masażysta начать обучение		de masseur de(m), pl masseurs
masażystka начать обучение		de masseuse de(v), pl masseuses
współpracownik начать обучение		de medewerker de(m), pl. medewerkers
współpracowniczka начать обучение		de medewerkster de(v), pl. medewerksters
marka начать обучение		het merk het, pl. merken
jeździć/jechać rowerem начать обучение		met de fiets gaan ging, gingen, (z)gegaan
mieć elastyczny czas pracy начать обучение		met flexible werktijden werken
minister начать обучение		de minister de(m), pl. ministers
język ojczysty начать обучение		de moedertaal de(m/v).pl. moedertalen
w tym momencie, obecnie; chwilowy, chwilowo начать обучение		momenteel
mysz начать обучение		de muis de(m/v), pl. muizen
nocna zmiana начать обучение		de nachtdienst de(m), pl. nachtdiensten
nocka начать обучение		de nachtploeg de(m/v), pl. nachtploegen
wąski, wąsko, bliski, blisko начать обучение		nauw
nigdy начать обучение		nooit
opisywać, opisać начать обучение		omschrijven omschreef, omschreven, (h) omschreven
niezależny(od), niezależnie(od) начать обучение		onafhankelijk (van)
negocjacje начать обучение		onderhandelingen
(z)badać начать обучение		onderzoeken onderzocht, onderzochten, (h) onderzocht
niezwłocznie, od razu начать обучение		onmiddellijk
spotkanie начать обучение		de ontmoeting de(v), pl. ontmoetingen
w biurze начать обучение		op het kantoor
na czas начать обучение		op tijd
szukać czegoś начать обучение		op zoek zijn naar
(za)dzwonić telefonować начать обучение		opbellen belde op, belden, op, (h) opgebeld
wykształcony начать обучение		opgeleid
wykształcenie Podstawowe, Średnie, Wyższe начать обучение		de opleiding Basis, Middelbare, Hogere/ de(v), pl, opleidingen
przesada начать обучение		de overdadigeid de(v)
podobieństwo, zgodność, umowa, porozumienie начать обучение		de overeenkomst de (v), pl. overeenkomsten
naradzać się начать обучение		overleggen overlegde, overlegden, (h)overlegd
pracować po godzinach начать обучение		overuren maken
nadgodzina начать обучение		het overuur pl. overuren
jeździć konno начать обучение		paardrijden reed paard, reden paard, (h) paard gereden
raj начать обучение		het paradijs het, pl. paradijzen
opiekować się kimś/czymś начать обучение		passen op paste, pasten, (h) gepast
pacjent начать обучение		de patiënt de(m), pl. patiënten
pacjentka начать обучение		de patiënte de(v), pl. patiëntes
papież начать обучение		de paus de(m), pl. pausen
paw начать обучение		de pauw de(m), pl. pauwen
od zaraz начать обучение		per direct
osobisty, personalny начать обучение		persoonlijk
pianista начать обучение		de pianist de(m), pl. pianisten
pianistka начать обучение		de pianiste de(v), pl pianistes
praca zmianowa начать обучение		de ploegendienst de(m)
zrywać, zerwać, zbierać, zebrać owoce начать обучение		plukken plukt, pllukten, (h) geplukt
życie prywatne начать обучение		het privéleven
produkt, towar, wyrób начать обучение		het product het, pl. producten
(za)programować начать обучение		programmeren programmeerde, programmeerden, (h) geprogrammeerd
pryszcz начать обучение		de puist de(m/v), pl. puisten
naprawa начать обучение		de reparatie de(v)
jechać, jeździć начать обучение		rijden reed, reden, (h/z) gereden
(po)drzeć, zdzierać, zedrzeć начать обучение		rijten reet, reten,(h) gereten
pachnieć, (po)czuć начать обучение		ruiken rook, roken, (h) geroken
w kratke начать обучение		ruiten
wypłata, pensja начать обучение		het salaris het, pl. salarissen
plasterek начать обучение		het schijfje het, pl. chijfjes
sprzątaczka начать обучение		de schoonmaakster de(v) pl. schoonmaaksters
sprzątacz начать обучение		de schoonmaker de(m), pl schoonmakers
pisarka начать обучение		de schrijfster de(v), pl. shrijfsters
pisarz начать обучение		de schrijver de(m), pl. schijvers
pracownik sezonowy начать обучение		de seizoenarbeider de(m),
od np od kiedys coś instnieje начать обучение		sinds
bura, ochrzan начать обучение		de snouw de(m), pl. snouwen
walenie kreski начать обучение		de snuif de(m),
ubieganie się o prace начать обучение		de sollicitatie de(v), pl sollicitaties
podanie o prace, list motywacyjny начать обучение		de sollicitatiebrief de(m), pl, solliciatiebrieven
ubiegać się o prace na stanowisku начать обучение		solliciteren solliciteerde, solliciteerden, (h) gesolliciteerd
napięcie (w napięciu, z niecierpliwością) начать обучение		de spanning (met spanning) de(v), pl spanningen
stacja, dworzec начать обучение		het station het, pl. stations
cichy, cicho начать обучение		stil
punktualny, punktualnie начать обучение		stipt
dążyć do начать обучение		streven naar streefde, streefden, (h) gestreefd
studentka начать обучение		de studente de(v), pl. studenten
wysłać, wysyłać начать обучение		sturen stuurde, stuurden, (h) gestuurd
taksówkarz начать обучение		de taxichauffeur de(m), pl. taxichauffeurs
członek zespołu начать обучение		het teamlid het, pl. teamleden
praca zespołowa начать обучение		het teamwork, teamwerk
tekst начать обучение		de tekst de(m), pl. teksten
za(telefonować) начать обучение		telefoneren telefoneerde, telefoneerden, (h), getelefoneerd
test начать обучение		de test de(m), pl. testen/tests
zadowolony начать обучение		tevreden
tytuł начать обучение		de titel de(m), pltitels
wierny, wiernie начать обучение		trouw
sweter начать обучение		de trui de(m/v), pl. truien
(po)między начать обучение		tussen
mówić komuś po imieniu начать обучение		tutoyeren tutoyeerde, tutoreeden, (h) getutoyeerd
pisać na komputerze начать обучение		typen typte, typten, (h)getypt
wyczerpujący, wyczerpująco начать обучение		uitputtend
oferta pracy начать обучение		de vacature de(v), pl. vacatures
ogłoszenie o pracy начать обучение		vacature advertentie de(v), pl. vacature advertenties
w obecnych czasach, obecnie начать обучение		vandaag de dag
stałą praca начать обучение		de vaste baan m/v
być gotowym oddać swoje życie za coś начать обучение		veil zijn leven voor iets veil hebben
zarabiać начать обучение		verdienen verdiende, verdienden, (h) verdiend
zebranie начать обучение		de vergadering de(v), pl. vergaderingen
woleć coś начать обучение		verkiezen iets(boven) verkoos, verkozen, (h)verkozen
podawać начать обучение		vermelden vermeldde, vermeldden, (h) vermeld
męczący, męcząco начать обучение		vermoeiend
pielęgniarka начать обучение		de verpleegster de(v) pl. verpleegsters
pielęgniarz начать обучение		de verpleger de(m), pl verplegers
różnić się(od) начать обучение		verschillen (van) verschilde, verschilde, (h) verschild
(prze) tłumaczyć начать обучение		vertalen vertaalde, vertaalden, (h) vertaald
tłumacz начать обучение		de vertaler de(m), pl. vertalers
płynnie, płynny начать обучение		vloeiend
uczęszczać na начать обучение		volgen volgde, volgden, (h) gevolgd
następny начать обучение		volgend
praca na pełen etat начать обучение		de voltijdse baan de(m/v)
propozycja начать обучение		het voorstel pl. voorstellen
warunek, założenie начать обучение		de voorwaarde de(v), pl voorwaarden
dziwny, dziwnie, obcy, obco начать обучение		vreemd
język obcy начать обучение		de vreemde taal m/v
brudny, brudno начать обучение		vuil
bezrobotny przymiotnik начать обучение		werkloos
bezrobotny rzeczownik начать обучение		de werkloze de (m/v), pl. werklozen
wypracowanie, praca pisemna начать обучение		het werkstuk pl. werkstukken
pracować jako начать обучение		werkzaam zijn als
rzeczowy, rzeczowo; związany z biznesem начать обучение		zakelijk
kultura biznesowa начать обучение		de zakencultuur de(v) pl. zakenculturen
sam начать обучение		zelf
nawet начать обучение		zelfs
samodzielny, samodzielnie начать обучение		zelfstandig
pewny siebie начать обучение		zelfverzekerd
szpital начать обучение		het ziekenhuis pl. ziekenhuizen
bok, strona начать обучение		de zijde de(m/v), pl. zijden/zijdes
(tak) jak начать обучение		zoals
Odpowiedzialny, odpowiedzialnie начать обучение		betrouwbaar

Lekcja 9-10

Вы должны войти в свой аккаунт чтобы написать комментарий.

Ещё