словарь испанский - нидерландский

español - Nederlands, Vlaams

preparar на голландском языке:

1. voorbereiden voorbereiden



Нидерландский слово "preparar«(voorbereiden) встречается в наборах:

beg 2 werkwoorden
Hoofdstuk 5 Spaans

2. bereiden bereiden


moeten bereiden
Je hoeft geen formele toespraak voor te bereiden.

Нидерландский слово "preparar«(bereiden) встречается в наборах:

Spaans hoofdstuk 4

3. klaarmaken klaarmaken


Kunt gij vis klaarmaken?
Ge zoudt een kamer moeten klaarmaken voor de bezoeker.

Нидерландский слово "preparar«(klaarmaken) встречается в наборах:

Spaans Hoofdstuk 3 en 4