словарь польский - нидерландский

język polski - Nederlands, Vlaams

krzyczeć на голландском языке:

1. schreeuwen schreeuwen


Blijkbaar begon haar moeder te schreeuwen.
Ik hoorde iemand schreeuwen.

Нидерландский слово "krzyczeć«(schreeuwen) встречается в наборах:

Ik wil graag reageren op uw mail.
Niderlandzki moduly

2. gillen gillen